Liturgisch bloemstuk 6 maart 2022



In de kerk leven we van wat we ontvangen. Genade is de grondtoon".
Als basis voor de symbolische schikking is een pot gebruikt die onderaan smal is en naar boven breder uitloopt. Hiermee wordt "ontvangen"gesymboliseerd. De pot is niet tot aan de rand gevuld, maar blijft open om het ontvangende te benadrukken.

Op de rand van de pot rust een verticale zuil van droge grassen, ze reiken naar de hemel. Grassen die de herinnering dragen van een voorbije lente, zomer en herfst. Later in de Veertigdagentijd wordt de zuil groener, hoop op een nieuwe lente.

Op de eerste zondag van de Veertigdagentijd lopen we  met Jezus de woestijn in en lezen we hoe Hij door zijn tegenspeler tot drie keer toe wordt uitgedaagd. Jezus gaat niet in op de uitdagingen, maar wijst op wat er geschreven en gezegd is.

Er staat geschreven: de mens leeft niet van brood alleen.
In de schikking zijn tarwearen geplaatst tussen de droge grassen. In de pot zijn primula's geplaatst. De primula heeft ook de naam "hemelsleutel" en symboliseert in deze schikking het contact met het goddelijke.  
 
terug